Competente rebellen
11 januari 2016 15:00
Op 10 januari ging De Monitor het over werkdruk in het basisonderwijs: gepassioneerde, maar overwerkte leraren die ten onder gingen aan de administratieve last versus een luchtige staatssecretaris die eigenlijk stelde dat veel papierwerk ‘verzonnen’ wordt door scholen en leerkrachten zelf en dat hij leerkrachten steunt die de administratie naar de prullenbak verwijzen. De waarheid ligt waarschijnlijk ergens in het midden, maar of die administratieve druk nu door het onderwijs zelf is opgetuigd of door het ministerie wordt opgelegd: hij is er.
Zelf heb ik niet te maken met leerlingvolgsystemen, veel nakijkwerk of enorme lesplannen, maar in het hbo moet alles steeds meer te verantwoorden zijn. Dat is logisch: de affaire rondom de slechte afstudeerproducten van Inholland ligt nog vers in het geheugen en heeft veel hogescholen opgeschrikt. Het niveau van het onderwijs moest omhoog. Naar mijn idee gebeurt dat echter niet door de kwaliteit van de docenten te verhogen, maar door alles te vatten in protocollen, toetsmatrijzen en rubrics. De gedachte is: als het protocol klopt en goed gevolgd wordt, dan worden er objectieve oordelen geveld over de kwaliteit van een eindproduct. Voordeel: eenduidige oordelen die goed te verantwoorden zijn. Nadeel: docenten die kunnen stoppen met nadenken.
Er wordt een ondergrens gesteld en docenten die daaronder zitten, moeten zich ontwikkelen of de protocollen beter volgen. Daar kan ik me in vinden. De manier waarop zorgt er echter voor dat docenten die ruim boven de ondergrens presteren door het gebruik van checklists en rubrics ook afzakken naar die ondergrens. Een product beoordelen is tenslotte niet meer zelf nadenken over wat eraan schort en dit verwoorden aan de student, maar eenvoudigweg een hokje aanvinken. Van zelfdenkende professionals met hart voor hun vak veranderen docenten in voorgeprogrammeerde machines, intelligent sheeps.
Ik ben een professional en als ik een schrijfproduct zie, dan heb ik vrij snel door wat er mis is: de student weet niet wanneer hij met een nieuwe alinea moet beginnen, hoe hij de lezer door de tekst kan leiden door middel van signaalwoorden en voegwoorden, in welke context hij een woord wel en niet kan gebruiken, welke stijl past bij een sollicitatiebrief en ga zo maar door. Ik zou dit kunnen aanvinken op een beoordelingsmodel, maar als ik teruggeef aan de student ‘er staan geen voegwoorden in de tekst’ dan is het voor de student niet duidelijk waarom hij die zou moeten toevoegen. Hij zal het wel doen, want het moet. En ik zal hem erop beoordelen, want ze moeten erin staan. Een student laten zien waarom verbanden tussen alinea’s en zinnen belangrijk zijn, levert echter veel meer op. Natuurlijk sluit een beoordelingsmodel goed onderwijs niet uit, maar we moeten ervoor waken dat zowel student als docent verworden tot robots die alleen nog maar dingen doen omdat ze nu eenmaal gedaan moeten worden: leren omdat het terugkomt in het tentamen, een vak volgen voor de studiepunten, lege woorden in een tekst pompen omdat er duizend worden moeten worden geschreven. Het onderwijs wordt er niet beter door, ook al denkt men van wel.
We zijn professionals en mogen dus ook eisen dat we behandeld worden als weldenkende experts. Wij leren studenten iets omdat het hen beter maakt binnen hun studie, in hun toekomstige vak, in de maatschappij en als mens, niet omdat we een van bovenaf opgelegde lijst moeten afvinken en studenten zo snel en efficiënt mogelijk moeten laten afstuderen. Ik wil leergeroezemoes in mijn klas, krakende hersenen en eurekamomenten, geen: ‘Hoe haal ik dan wel een voldoende?’ We mogen als docenten erkennen dat we soms kennis missen en ons hierin moeten laten bijscholen, want ook docenten blijven hun leven lang leren. We zijn competente rebellen: we mogen fouten maken, risico’s nemen, ons boos maken over iets, ergens tegenin gaan. En we mogen zelfs de administratie in de prullenbak gooien. De staatssecretaris staat achter ons.
Kijktip: op woensdag 27 januari gaat Zembla met ‘6- voor de leraar’ over werkdruk in het voortgezet onderwijs en de afname van de kwaliteit van docenten.